Welke metalen worden tegenwoordig gebruikt in onze legeringen
Tin
Symbool : Sn [Stannum]
Atoomnummer : 50
Koper
Symbool : Cu [Cuprum]
Atoomnummer : 29
Antimoon
Symbool : Sb [Stibium]
Atoomnummer : 51
Door ons gebruikte legeringen
Standaardlegering;
Onze standaardlegering bestaat uit 98% tin en 2% antimoon [op basis van gewicht]. Antimoon maakt de legering hard. Voordeel van antimoon is dat de moleculen worden omkapseld door de tinmoleculen en de legering voedselveilig is. Wij gebruiken deze legering voor vrijwel al onze producten met uitzondering van borden.
Legering voor het maken van borden;
Als wij borden maken bestaat de legering uit 96% tin, 2% koper en 2% antimoon. Ook deze variant is weer voedselveilig. De toevoeging van koper verandert hier niets aan. Immers drinkwaterleidingen thuis zijn ook gemaakt van koper.
Net zoals bij de standaardlegering maakt antimoon de legering harder. Door koper toe te voegen wordt deze ook taaier. Dat is ook de reden dat deze legering enkel en alleen bij borden wordt gebruikt.
Als er geen koper in de legering zou zitten en uw mes raakt het bord, dan is de kans heel groot dat je soortgelijk krijsend geluid krijgt wanneer je met een krijtje verkeerd op een schoolbord tekent. Luister hieronder naar de opname van Frédéric Petit uit België welke een opname van zo'n krijtje op een schoolbord maakte;
Dat is geen prettig geluid wanneer je aan het diner zit. Het toevoegen van koper lost dit probleem op.
Hoe maken wij onze legeringen
Wij maken onze legeringen op basis van gewicht. Ons basismateriaal is altijd zuiver tin (minimaal 99,9% zuiver).De broodjes welke wij inkopen hebben meestal een gewicht van 25 kilo.
Stel we willen onze standaardlegering maken, dan berekenen we dit als volgt;
25000 gram is 98% van de legering
100% van de legering is afgerond 25510 gram [(25000/98)*100)]
De resterende 2 procent is antimoon, en dat is dus 510 gram.
Wanneer we legering voor borden maken dan is de verhouding als volgt:
25000 gram is 96% van de legering
100% van de legering is afgerond 26042 gram [(25000/96)*100)]
De resterende 1042 gram is voor de helft koper en voor de helft antimoon
2% antimoon is dus 521 gram en
2% koper is ook 521 gram.
Klik op onderstaande button. In een nieuw scherm kunt u snel berekenen hoeveel gram Antimoon en Koper u aan Zuiver Tin moet toevoegen om voedselveilige tinlegeringen te maken.
Hoe worden de legeringen fysiek gemaakt:
In onze gietoven kan ongeveer 30 kilo metaal gesmolten worden. In de regel verwerken wij broodjes zuiver tin van 25 kilo en volgen eigenlijk altijd het volgende proces;
- We plaatsen het broodje zuiver tin van 25 kilo in de oven.
- We zetten de oven aan op een temperatuur tussen de 300 en 350 graden Celsius.
- We wachten tot het broodje tin van 25 kilo geheel gesmolten is.
- We voegen het antimoon aan het gesmolten tin toe.
Het antimoon bestaat uit kleine stukjes erts en gruis van antimoon.
We voegen eventueel ook nog 500 gram in kleine stukjes geknipt dik koperdraad toe.- Vervolgens laten we de oven 24 uur aan staan en roeren we regelmatig de metalen door elkaar.
- Het verbaast ons ook steeds, maar uiteindelijk zijn zowel het antimoon en koper opgelost in de legering.
- Nu kunnen we de legering gaan verwerken in onze producten.
Het boek van B. Dubbe "Tin en Tinnegieters in Nederland [ISBN 90 6087 208 8]" is voor liefhebbers en verzamelaars de bijbel over het oudhollandse ambacht. Het boek is enkel en alleen nog tweedehands verkrijgbaar. De laatste versie met voorgaand ISBN nummer is de tweede druk. Deze versie is vele malen uitgebreider dan de eerste druk. Uit dit naslagwerk hebben wij onderstaande data gehaald;
De tinnegieter kan tin in zuivere vorm niet verwerken. Het metaal is te zacht en daardoor te buigzaam, een ongewenste eigenschap voor bijvoorbeeld huishoudelijke voorwerpen. Het moet, zoals tinnegieters het noemden, worden 'gebroken' (dit is gelegeerd met een ander metaal), opdat het de nodige hardheid verkrijgt. Dit geschiedt door toevoeging van een kleine hoeveelheid van één van de metalen, koper, bismuth, antimoon, lood of een combinatie ervan. Door meer of minder van deze metalen toe te voegen ontstaan er verschillende kwaliteiten tin.
Uit stukken welke rond 1592 zijn gepubliceerd is af te leiden dat de Leidenaren producten maakten met kannetin of met loydersel. Kannetin bestond uit een alliage van 84% tin en 16% lood. Loydersel (ook wel alloydersel genoemd) ontstond door 1 of 2 pond zuiver tin te mengen met 1 Hongaars of Zweeds koper.
2 of 3 pond van dit loydersel op honderd pond bloktin gaf weer de best te verwerken kwaliteit. Om het tin beter te laten vloeien werd op honderd pond van voorgaande legering een kwart tot een achtste pond 'glats' toegevoegd. In plaats van glats werd er in plaats van glats 2% lood toegevoegd. Het voordeel voor de tinnegieter was dat lood aanmerkelijk goedkoper was dan tin. De tinnegieters hadden dan ook de neiging om meer lood aan de legeringen toe te voegen dan de voorschriften toelieten.
Ook toen was al bekend dat lood schadelijk was voor de gezondheid, en om die reden werd er door de overheid op gelet dat dit materiaal spaarzaam werd toegepast. Het streven naar winst botste nogal eens met de openbare gezondheidszorg. Naast gezondheidsrisico's waren producten met veel lood vaak van slechte kwaliteit omdat de legering te zacht werd. Hierdoor liepen zij eerder deuken op of verbogen ze sneller.
Uit onderstaande cijfers blijkt dat er perioden waren dat tin 10x zo duur was als lood. Pas in de tweede helft van de 18e eeuw wijzigde deze verhouding. Waarschijnlijk door een groter aanbod uit Aziatische landen.
De genoemde prijzen zijn in Nederlandse guldens en per 100 pond, zoals genoteerd aan de Amsterdamse beurs.
In de middeleeuwen mocht men afhankelijk van de toepassing en de plaats waar men gevestigd was 2 tot 8 procent lood in de producten verwerken.
Rond 1733 was in geheel Nederland de legering hetzelfde, namelijk 94% tin en 6% lood.
Samenstellingen Kannetin
De regulering rondom het gebruik van lood in Kannetin werd door de jaren heen aangepast op lokaal niveau. Er zijn producten gemaakt welke voor 1/3 deel uit lood bestonden